Barbecueën
Een barbecue kun je als kok op veel manieren gebruiken. Natuurlijk om vlees te bereiden. Minder voorkomend wordt de barbecue gebruikt als middel om vis te bereiden. Om over desserts maar helemaal te zwijgen. Toch kan het allemaal.
Barbecueën is een manier die meer aandacht eist dan andere kooktechnieken. Je werkt met een open vuur en dat is elke keer anders. Het is ook voor elk jaargetijde anders en dat maakt deze manier van koken bijzonder boeiend.
Het probleem dat de meeste mensen tijdens een barbecue hebben is gebrek aan geduld. Ze steken het vuur aan en na tien minuten moeten de speklappen of de karbonades op het rooster.
Je moet wachten tot de kooltjes mooi grijs gloeien. Dat zal zeker een half uur duren.
Een andere veelvoorkomende fout is, dat het vlees, bij het aanmaken van het vuur al wordt klaargezet. Grote kans dat al uw gasten de volgende dag diarree hebben.
Vlees moet tot het laatste moment in de koelkast bewaard blijven.
Gebruik niet van die akelige chemische aanmaakblokjes, die blijf je proeven en giet nooit spiritus of olie op het vuur. Om het vuur aan te maken kunt u het beste een vuurmaker gebruiken. Dit is een ijzeren koker waarin je de kolen met aanmaakhout aan kunt steken. Als de kolen gloeien kint u ze in de barbecue uitspreiden en verder rustig afvullen met briketten.
Veel mensen denken dat grillen op houtskool een houtsmaak afgeeft. Dat is niet zo. At hout is al helemaal verbrand en zal geen smaak meer afgeven. Daarom is er geen verschil tussen kooltjes en houtskool.
Als je extra smaak aan je vlees toe wilt voegen maak dan gebruik van houtsnippers of vuurkruiden. Er zijn bijvoorbeeld houtsnippers te koop die gemaakt zijn van oude whisky vaten. De smaak van de whisky komt via de rook in het vlees. Maar je kunt ook takjes gedroogde tijm of rozemarijn op het vuur leggen. Ook die smaak dringt in het vlees.
De keuze van een barbecue is belangrijk. Veel mensen kopen een goedkoop dingetje dat al snel kapot gaat. Als je vijf goedkope barbecues verslijt in je leven, had je net zo goed één goeie kunnen kopen. Van een goede barbecue heb je je hele leven plezier. Daarnaast is een goede barbecue ook veel veiliger dan een goedkoop dingetje op een wankel onderstel.
Koop je barbecue groot genoeg zodat je ook nog plaats over hebt voor groenten en/of aardappelen.
Als je een barbecue koopt met een deksel, kun je hem ook gebruiken om te roken of om als over te gebruiken.
Om te voorkomen dat je vlees verbrand, moet je verschillende vuurzones maken. Een heet gedeelte en een minder heet gedeelte waar je de kolenlaag dunner houdt. Je kunt ook een vuurvast bakje met vloeistof tussen de lagen zetten. Daardoor creëer je ook een koelere zone. Doe daar bier of wijn in, dat geeft de smaak af.
Bestrijk het vlees regelmatig met olie of marinade om te voorkomen dat je vlees aanbrandt. Rooster in ieder geval; nooit in de vlammen.
Dat barbecueën altijd om vlees draait is ook een misvatting. Je kunt zelfs een perfecte vegetarische barbecue presenteren. Maar ook oesters, coquilles en wilde zalm kunnen perfect op de barbecue. heel geschikt is wild; fazant, haas of hert. Immers, onze voorouders bereidden het uiteindelijk op dezelfde manier.
Ook kun je als dessert een hele ananas op het vuur leggen.
Zorg voordat je begint, dat je beschikking hebt over een stevige tang, een scherp mes en een snijplank. Daarnaast een kwast en olie om het vlees af en toe in te wrijven. Ook een staalborstel voor het schoonmaken is wel praktisch.
De meeste mensen maken de fout de barbecue pas de volgende dag schoon te maken, als het vuil al hard is geworden. Maak er een gewoonte van het rooster schoon te maken als het nog heet is. Snij een citroen doormidden en wrijf het rooster daarmee in. Het vuil zal nu makkelijk los laten. Ven met de staalborstel er over en het rooster is schoon.
Veel plezier, eet smakelijk, enne… voorzichtig met vuur!
Bron: de Volkskrant