03 Allier
Het departement was een van de 83 departementen die tijdens de Franse revolutie op 4 maart 1790 werden gecreëerd door de uitvoering van de wet van 22 december 1789. Daarbij werd uitgegaan van het grootste deel van de voormalige provincie Bourbonnais. Het is de geboortegrond van de hertogen van Bourbon die van 953 tot 1523 over het gebied regeerden. Niet minder dan acht leden van deze familie werden tot koning van Frankrijk gekroond.
Dit departement is onderverdeeld in 3 arrondissementen; Moulins, Montluçon en Vichy. Verder bestaat Allier uit 35 kantons en telt het 320 gemeenten.
Allier, een mooi en gezond departement
De oppervlakte bedraagt 7.340 km² en het departement herbergt 353.845 inwoners (2007) wat neer komt op een bevolkingsdichtheid van 48 inwoners per km².
Brug over de Allier
De naam Allier is afgeleid van de gelijknamige rivier welke ontspringt in het departement Lozère in de bergen Moure de la Gardille op een hoogte van 1.501 m. hoogte. De rivier loopt door diepe ravijnen en mondt uiteindelijk uit in de Loire, 6 km. ten westen van Nevers. De Allier is 410 km. lang en is over een afstand van 360 km. bevaarbaar.
Daarnaast vindt u in Allier nog de rivieren de Loire, de Cher, de Besbre en de Sioulle.
Gezicht op Vichy met het kasteel
De drie belangrijkste steden van Allier zijn in volgorde ven grootte, de al eerder genoemde en gelijknamige onderprefecturen Montluçon, Vichy en Moulins.
Vichy roept voor veel Fransen nog nare herinneringen op. In 1940 installeerde de Duitsgezinde Vichy regering onder leiding van Maarschalk Pétain zich in deze stad. Het duurde tot 1944 voordat de stad door de Vrije Fransen werd bevrijd.
Nu wordt er bij het uitspreken van de naam alleen nog maar gedacht aan bronwater.
Kuuroord in Vichy
Bronwater en de naam Bourbon gaan trouwens hand in hand. De naam Bourbon is afgeleid van `Borvo` de Gallische god van het bronwater. Het warme, geneeskrachtige bronwater in Aquae Bormoni (Bourbon l´Archambailt), Aquae Nerii (Néris-les-Bains) en Aquae Calidae (Vichy) werd door de Romeinen al intensief benut. Deze kuuroorden trekken tot op de dag van vandaag nog veel bezoekers.
Vichy, rijk en luxe
Buiten de drie hierboven genoemde grote steden bestaat het departement uit enkele kleinere steden zoals Cusset, Yzeure, Domérat en Bellerìve en daarnaast verspreid liggende grotere dorpen, die meestal langs de rivieren liggen. De weinige kleine dorpen liggen ver van elkaar.
Het departement is dunbevolkt. Tot het einde van de 19de eeuw groeide de bevolking dankzij de ontwikkeling van de steden, het ontstaan van industrieën in Montluçon en Moulins en de warme bronnen in Vichy. Dit compenseerde de vlucht van het platteland enigszins. Het aantal inwoners steeg in die periode tot meer dan 420.000. Na de verliezen in de Eerste Wereldoorlog stagneerde de bevolkingsgroei. In de jaren zestig van verleden eeuw trok het aantal inwoners weer wat aan. Maar na die tijd is er weer een plattelandsvlucht op gang gekomen.
Ook de achteruitgang van de verouderde industrie was een oorzaak van de terugloop. De bevolking is nu sterk terug gelopen en behoorlijk aan het vergrijzen.
In 1968 was het aantal inwoners terug gelopen tot 386.533. In 1999 waren het er nog maar 344.721.
Dat het aantal nu weer is toegenomen is te danken aan de iets aantrekkende economie en industrie, maar vooral veel buitenlanders die zich hier hebben gevestigd.
Kasteel Billy - Kopen?
Het platteland is goed geconserveerd en er staan meer dan 500 kastelen en stijlvolle huizen die u kunt bewonderen, bezoeken of zelfs kopen.
Allier is een typisch agrarische streek. In het glooiende landschap liggen kasteeldorpen en kleine steden. Heggen en houtwallen scheiden de velden en weilanden waarop de witte Charolais koeien grazen. In het door rivieren doorsneden landschap vindt u een van de mooiste eikenwouden van Europa, het Forêt-de-Troncais, beroemd om zijn geklasseerde eiken en een bladerdak van soms wel 300 jaar oud.
Forêt-de-Troncais
Je kunt wel stellen dat dit de meest toeristische plek in Allier is. Een bos, gecombineerd met schitterende meertjes heeft een grote aantrekkingskracht op de mensen. Er zijn overal ligweiden, aangelegde strandjes en er gelegenheid te over om de watersport te beoefenen.
Het eikenhout uit deze bossen wordt veel gebruikt voor de houten wijnvaten die richting Bordeaux worden getransporteerd.
Toch heeft Allier naast haar grote landbouwafzet nog andere bronnen van inkomsten. De best vertegenwoordigde sectoren zijn de voedselverwerkende industrie, hout- en meubelfabricage, chemicaliën, gieterijen en staalbewerking, rubber, machines en elektrische apparaten, auto’s, wapens en textiel.
In 2008 bestond het woningbestand voor 7½ % uit tweede woningen. Momenteel is dit aandeel opgelopen tot boven de 10%.
Allier telt veel buitenlanders waaronder vooral Nederlanders, Belgen en Zwitsers. Ze zijn eigenaar geworden van tweede huizen. Door renovatie en gebruik te maken van de diensten van plaatselijke artisans is er een grote bevolkingsdiversiteit ontstaan waardoor in Allier een ongekende culturele smelkroes is ontstaan.
Wellicht voor u een plek om u te vestigen?