23 januari – De executie van de schurken van Rouen.
Op 23 januari 1798 wordt de beruchte misdadiger Durame, samen met zeven van zijn handlangers op de Grand Place in Rouen naar de guillotine gevoerd en terecht gesteld.
De zogenaamde “Chauffeurs” zijn misselijk makende misdadigers die niet schromen hun slachtoffers van hun schamele centen te beroven. Als zij niet snel genoeg vertellen waar zij hun waardevolle bezittingen hebben verborgen, schromen ze niet de voetzolen van hun slachtoffers te verbranden in een open vuur of in de haard.
Jacques Callot, een van de grootste architecten en graveurs van zijn tijd, maakte tijdens de Dertigjarige Oorlog al prenten van de gruwelen van de ellende van de oorlog, de plunderingen, moorden, verkrachtingen en brandende boerderijen.
Tijdens elke oorlog en onrustige perioden staken de boevenbendes de kop weer op. Meestal waren het deserteurs die hun wapens met zich mee namen en benden vormden in de regio’s. Direct na de Franse Revolutie waren deze benden talrijk, vooral actief in het westen van Frankrijk.
Maar het recht had zijn beloop. Tussen 1774 en 1801 werden in Rouen het indrukwekkende aantal van 123 “chauffeurs” terecht gesteld. Toch kon dat de benden niet stoppen, ondanks dat de arrestaties vaak niet al te zachtzinnig waren.
In Rouen werd een speciale militaire rechtbank opgericht voor snelrecht. Tussen 1801 en 1808 werden opnieuw 134 executies uitgevoerd. Om grote rellen te voorkomen vonden deze altijd plaats in kleine dorpen of aan de rand van de stad.
Na 1808 begon men de rovers benden beter onder controle te krijgen en nam het aantal terechtstellingen af.